Sinds de Onderwijsraad bekend maakte onderzoek te gaan doen naar de mentale gezondheidsproblemen van een steeds grotere groep jongeren ben ik informatie aan het verzamelen over de manier waarop ‘school’ wordt gepositioneerd in rapporten over kinderen en jongeren met ernstige psychiatrische aandoeningen, zoals depressie, suïcidale gedachten, angststoornissen en neurosen. Het was opvallend, dat school in 99% van de teksten wordt gezien als de plek waarop te merken was dat het niet goed ging met de leerling (die wilde niet meer naar school) of als de plek waar kinderen zouden kunnen herstellen van de ellende die ze in andere omgevingen hebben meegemaakt. Maar dat er zeer sterke aanwijzingen zijn dat school ook ‘deel van de oorzaak’ kan zijn, dat kom je bijna nooit tegen. Komt dat doordat professionals elkaar dekken, en liever de ouders beschuldigen? Komt het doordat het ‘publieke’ professionals zijn, die makkelijker wijzen naar commerciële partijen op het internet dan naar publieke macht-hebbers? Of is het omdat je pas bij het schrijversgilde wordt toegelaten als school voor jou wèl gewerkt heeft? Ik weet het niet. Maar het wordt tijd om het goed te onderzoeken.
Daarom schreef ik het rapport De Kanarie en de Kolenmijn. Dat trok de aandacht van drie tijdschriften.
Het Montessori Magazine, februari 2025, bevat een bijdrage over mijn werk.
Voor het online Tijdschrift voor sociale vraagstukken schreef ik deze column. Op LinkedIn werd een post hierover inmiddels 14 keer herplaatst.
School Facilities plaatste dit artikel van Ingrid de Moel: